Monitoring Betonakkoord in volle gang

Monitoring is van cruciaal belang om de voortgang van het Betonakkoord bij te houden. Het bleek  een uitdaging om de benodigde gegevens te verzamelen. In 2010 en 2017 heeft CE Delft de klimaatimpact van beton in de bouw onderzocht. In 2018 besloot de Stuurgroep Betonakkoord in samenwerking met ketenpartijen om zelf de monitoring uit te voeren. Dit zou een nauwkeuriger beeld van de voortgang moeten opleveren. Er werden afspraken gemaakt waarbij drie partijen verantwoordelijk waren voor het aanleveren van gegevens:

  • Opdrachtgevers houden bij hoe duurzaam hun aanbestedingen zijn.
  • Bouwbedrijven verstrekken opdrachtgevers informatie over de Milieu Kosten Indicator (MKI) op projectniveau, met een gevalideerde MKI op productniveau.
  • Toeleveranciers in de betonsector rapporteren over CO₂-uitstoot en hergebruik.

Resultaten Betonindustrie

Toeleveranciers die zijn aangesloten bij het Betonhuis hebben hun deel gedaan en informatie verstrekt. Het Betonhuis heeft sinds 2021 een monitoringstool beschikbaar, waarin alle verstrekte gegevens, zoals aanvoer grondstoffen, type bindmiddelen  zijn opgeslagen. Deze monitoring toont de CO₂-uitstoot en het hergebruik op zowel materiaal- als productniveau.

De eerste resultaten van de monitoring worden binnenkort op een webpagina gepubliceerd. Een voorproefje van deze pagina is te zien op de stand van Betonhuis op het BetonEvent. Het Betonakkoord organiseert eind dit jaar een webinar waarin de resultaten van de monitoringstool worden gepresenteerd. Een uitnodiging voor dit webinar volgt binnenkort.

Zowel private als publieke opdrachtgevers die zijn aangesloten bij het Betonakkoord zijn individueel begonnen met monitoring, maar dit is nog niet gebundeld. Het heeft weinig zin als slechts een beperkte groep opdrachtgevers hieraan deelneemt. Het streven is dat rapportage en monitoring verplicht worden voor alle opdrachtgevers.

 Geharmoniseerde uitvraag

Het Betonakkoord heeft de Rijksoverheid voorgesteld om rapportage en monitoring door opdrachtgevers verplicht te stellen als onderdeel van een harmonisatie van aanbestedingseisen. Dit voorstel is gedaan aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, omdat anders de opschaling van innovaties in de betonketen niet van de grond komt. Het Betonakkoord stelt voor om de contracteisen in 2023, 2025 en 2027 aanzienlijk aan te scherpen om de gestelde ambities te realiseren. Voor het succes van het Betonakkoord is het van essentieel belang dat de Rijksoverheid de aanbestedingsaanpak en contracteisen, zoals opgesteld binnen het Betonakkoord, landelijk harmoniseert. Alle betrokken partijen binnen het Betonakkoord benadrukken dat dit om drie redenen noodzakelijk is:

  1. Het zorgt voor een eerlijk speelveld.
  2. Het creëert voorspelbaarheid en zekerheid in de markt met betrekking tot toekomstige investeringen.
  3. Het stimuleert gezamenlijke opschaling van reeds beschikbare innovatieve technologie.

Momenteel worden deze kwesties besproken tussen het Betonakkoord en de Rijksoverheid.